Sommige mensen kunnen zelfs lichamelijk ongemak ervaren als ze een grammaticale fout horen

Janine image
door Janine

29 November 2023

Sommige mensen kunnen zelfs lichamelijk ongemak ervaren als ze een grammaticale fout horen

Er is een eeuwige controverse waar zelden over wordt gesproken, maar die de meningen van iedereen onmiddellijk polariseert. Hebben de grammar nazis gelijk, die ieders grammaticale fouten corrigeren, of zijn het degenen die het niets kan schelen? Deze vraag bracht een team van de Universiteit van Birmingham ertoe een interessant onderzoek uit te voeren, om te proberen te begrijpen of degenen die anderen corrigeren daadwerkelijk stress of lichamelijk ongemak ervaren bij het horen van grammaticale fouten. Laten we eens kijken wat ze ontdekten!

Een verband tussen grammaticale fouten en hartslag

Een verband tussen grammaticale fouten en hartslag

Pexels

In de recente studie gepubliceerd in de Journal of Neurolinguistics analyseerden Dagmar Divjak, Hui Sun en Petar Milin de reactie van sommige proefpersonen op grammaticale fouten. Niet zozeer een verbale reactie, zoals het corrigeren van anderen, maar een reactie die verband houdt met de hartslag. Met behulp van het concept van hartslagvariabiliteit, of HRV, hebben onderzoekers van de Universiteit van Birmingham een ​​directe correlatie ontdekt met gevallen van grammaticale fouten.

Op een rustig moment zijn de menselijke hartslagen vaak zeer variabel. Bij stress wordt de variabiliteit echter verminderd: daardoor is de hartslag uiterst regelmatig. In het onderzoek werd een significante vermindering van de HRV van mensen gevonden als reactie op grammaticale fouten. In de praktijk geldt dat hoe meer fouten we moeten aanhoren, hoe meer onze hartslag de stress uitdrukt die we voelen.

De toekomst van het onderzoek: mensen bestuderen vanuit de fouten van anderen

De toekomst van het onderzoek: mensen bestuderen vanuit de fouten van anderen

Pexels

In een commentaar op de resultaten van het onderzoek verklaarde professor Divjak hoe het onderzoek kan bijdragen aan een beter begrip van de relaties tussen onze fysiologie en onze cognitie. Met name kan een dergelijk onderzoek de relaties tussen taalkennis en het autonome zenuwstelsel beter bestuderen. Het autonome zenuwstelsel houdt zich bezig met reacties zoals:

  • rust en spijsvertering (parasympathisch zenuwstelsel);
  • vechten en vluchten (sympathisch zenuwstelsel).

Het analyseren en begrijpen van deze relaties kan helpen bij het bestuderen van aspecten van cognitie die we niet direct kunnen waarnemen. Een voorbeeld is het werken met mensen die hun mening niet kunnen uiten. Voor Divjak kan dit onderzoek de hartslagvariabiliteit ook zien als een indicator van onze impliciete taalkennis:

De kennis van je moedertaal is grotendeels impliciet, dat wil zeggen dat je voor het leren van je moedertaal niet hoeft te gaan zitten studeren, en dat je er niet veel of zelfs helemaal niet, over moet nadenken om de taal te gebruiken. Dit betekent ook dat je het moeilijk zult vinden om precies te definiëren wat goed of fout is in een zin en, nog erger, om uit te leggen waarom dat zo is.

Als je anderen altijd corrigeert, ben je dan een slecht mens?

Als je anderen altijd corrigeert, ben je dan een slecht mens?

Freepik

Volgens het onderzoek van de Universiteit van Birmingham kan het horen van grammaticale fouten een gevoel van stress veroorzaken. Maar als je de neiging hebt om anderen altijd te corrigeren, betekent dat dan dat je een slecht mens bent? Sommige onderzoekers wilden deze vraag ook beantwoorden met een onderzoek, dit keer van de Universiteit van Michigan.

Het onderzoek vond plaats in twee fasen en er waren 83 deelnemers bij betrokken. In de eerste fase lazen de proefpersonen e-mails om een ​​huisgenoot te vinden: sommige bevatten grammaticale fouten. Ten slotte werd hen gevraagd of ze bereid waren een appartement te delen met de auteurs van de e-mails: de grammar nazis zeiden nee. De tweede fase liet echter zien hoe mensen die grammaticale fouten tolereren, over het algemeen positieve, prettige en open individuen zijn. Intolerante mensen bleken daarentegen meer introvert, gesloten en niet erg empathisch te zijn.

Als we bedenken dat een correlatie niet in een causaal verband kan veranderen, kunnen we niet anders dan glimlachen tegenover het onderzoek van de Universiteit van Michigan. Maar aan de andere kant stelt onderzoek als dit of dat van de Universiteit van Birmingham ons in staat de relatie tussen taal, geest en persoonlijkheid beter te begrijpen. En bovendien laten ze ook zien dat taal niet alleen een communicatiemiddel is, maar een weerspiegeling van ons eigen karakter.